Het probleem

Elke maand komt hier een bridgeprobleem. Dit wordt verzorgd door Rob Stravers (bridgeservice.nl/).

Probeer eerst het probleem op te lossen, klik dan op de knop voor het antwoord.

Speelplan (mei)

♠ 2        
V 5 4 3 2        
♦ V 3 2        
♣ A 4 3 2        
Zuid gever / Allen kwetsbaar
♠ H V 4 3        
♥ A H B 7 6        
6 5 4 1        
♣ 5        
  West Noord Oost Zuid
        1
  1♠ 4 pas pas
  pas      


Jij hebt de eer om 4 te mogen spelen.
West komt uit met ♣H.

Welk speelplan trekt jou het meest aan?

  • a. ♣A; ♠2 naar ♠H.
  • b. ♣A tweemaal troef (zitten 2-1); ♠2 naar ♠H.
  • c. Speelwijze a en b zijn even kansrijk.
  • d. ♣A; ♣2 getroefd.
  • Hint
    In theorie lijkt er geen verschil te zitten tussen de speelplannen a en b.>br> Toch wees de praktijk heel anders uit. Vrijwel alle leiders die voor het ene speelplan kozen gingen down, terwijl van de leiders die het andere speelplan prefereerden, ruim 75% het contract maakte…

    De kernvraag is dus: welk speelplan heeft de grootste maakkans en waaróm?

Het antwoord

De leiders die begonnen met troefspelen (speelplan b) zagen de oostspeler in de tweede hartenslag signaleren voor de ruitenkleur. Dus… speelden zij - na aan slag gekomen te zijn met ♠A - ruiten na, voor drie ruitenslagen.

De oostspelers die de leider een klaverslag zagen troeven, hadden het nog gemakkelijker: die speelden na ♠A zonder uitzondering ruiten.

Alleen de oostspelers die de leider meteen na ♣A schoppen zagen spelen, hadden het moeilijk. Want als zuid nog een klaverenkaart heeft, kunnen ze ♣V maken… En de oostspelers die dat deden, zagen leider zuid troeven en op zuids ♠V een ruiten van dummy verdwijnen. Dan geeft de leider naast ♠ A maar twee ruitenslagen af: precies 4 C.